Mogen de spaarrekeningen van de kinderen bij een scheiding verdeeld worden?

30-08-2021
Mogen de spaarrekeningen van de kinderen bij een scheiding verdeeld worden?

Veel ouders openen rond de geboorte van hun kind of enkele jaren daarna een spaarrekening voor hun kind en storten daar bijvoorbeeld maandelijks een vast bedrag op. Een potje voor de studie, of een stukje eigen geld voor bij de aankoop van een eerste woning is meestal het doel van dergelijke spaarrekeningen.

Geregeld krijg ik de vraag van ouders die in scheiding liggen of de spaarrekeningen van de kinderen nu tussen ouders verdeeld kunnen worden? Zeker wanneer de ouders in de scheidingssituatie in financiële problemen zijn geraakt worden die spaarpotjes nog wel eens als oplossing gezien. Maar mogen ouders wel aan deze spaarpotjes komen? Maakt het daarbij nog uit of de spaarrekening op naam van het kind staat of op naam van de ouders?

Een kind is nog handelingsonbekwaam

Hoewel een minderjarige handelingsonbekwaam is, kan hij wel zelf vermogen hebben. De wet bepaalt dat het bewind over het vermogen van een minderjarige valt onder de taken van de gezaghebbende ouder(s). Ouders moeten het bewind over het vermogen van hun kind als goede bewindvoerders voeren (artikel 1:253j BW) en als bewindvoerders hierover rekening en verantwoording (kunnen) afleggen ten opzichte van hun kind. Doet de ouder dat niet en veroorzaken zij door het slechte bewind schade voor de minderjarige, dan zijn zij aansprakelijk voor die schade. Op de ouder rust in een dergelijk geval dan de verplichting om die schade aan het kind te vergoeden (dat staat in de artikelen 1:444 , 1:445, lid 4 en artikel 1:362 van het Burgerlijk Wetboek).

Betekent het feit dat de gezaghebbende ouders het bewind over het vermogen van hun kind voeren, dat zij bevoegd zijn gebruik te maken van de banktegoeden van dat kind? Er zijn eigenlijk twee verschillende situaties:

  1. De rekening staat op naam van het kind.
  2. De rekening staat op naam van de ouders, maar het spaartegoed is wel bedoeld voor bijvoorbeeld de studie van het kind.

De spaarrekening op naam van het kind

Er is inmiddels veel rechtspraak over dit onderwerp. Verschillende gerechtelijke instanties hebben geoordeeld dat het opnemen van geld van de bankrekening van het kind voor eigen gebruik van de ouder, bijvoorbeeld voor het voldoen van eigen schulden, niet kan worden gezien als goed bewindvoerderschap en als een onrechtmatige daad ten opzichte van het kind worden bestempeld. Is hiervan sprake, dan kan deze ouder – op grond van een vordering van het kind – worden verplicht de geleden schade aan het kind te voldoen. Deze schade zal dan in ieder geval bestaan uit het opgenomen geldbedrag en de gederfde rente vanaf het moment dat een kind meerderjarig is geworden. Vanaf zijn meerderjarigheid maakt een kind namelijk zélf aanspraak op de vruchten van zijn vermogen.

Uitspraken waarin dit als zodanig is bepaald zijn onder meer:
Rechtbank Arnhem 28 juli 2010, ECLI:NL:RBARN:2010:BN3362;
Rechtbank Zwolle-Lelystad 21 juli 2011, ECLI:NL:RBZLY:2011:BR2574;
Rechtbank Noord-Nederland 29 juli 2014, ECLI:NL:RBNNE:2014:3681 en
Rechtbank Midden-Nederland 18 juli 2019, ECLI:NL:RBMNE:2019:3167.
Zie ook p. 71-74 van het in opdracht van het Ministerie van Veiligheid en Justitie opgestelde WODC-onderzoeksrapport d.d. 01-01-2017 over bewind en vermogen van minderjarigen, te raadplegen via: https://repository.wodc.nl/handle/20.500.12832/2109

De rekening staat op naam van de ouders, maar het spaartegoed is wel bedoeld voor bijvoorbeeld de studie van het kind

Indien de bankrekening op naam van de ouders staat, zijn de ouders rechthebbende op het tegoed van de bankrekening. Vaak is een dergelijke rekening geopend met de bedoeling om bijvoorbeeld te sparen voor een studie die een kind later zal gaan volgen, maar dat neemt niet weg dat het geld nog niet aan het kind is gegeven en dus nog niet van het kind is. Het kind kan in deze situatie geen aanspraak maken op dat spaartegoed. De ouders kunnen dan ook in gezamenlijk overleg het tegoed op deze bankrekening verdelen wanneer zij gaan scheiden.

Achtergrond daarbij is dat schuldeisers beslag kunnen leggen op dergelijke bank-/spaartegoeden, omdat de rekening op naam van de ouders staat. Dat het geld bedoeld is voor het kind, verandert daar niets aan. Een ouder moet wel bedenken dat een spaartegoed niet op naam van het kind een fiscaal nadeel kan hebben: afhankelijk van de hoogte van het saldo op de spaarrekening zal er schenkingsbelasting moeten worden betaald wanneer het bedrag bijvoorbeeld na de 18e verjaardag van het kind wordt overgemaakt naar het kind. Komen de ouders te overlijden voordat het tegoed is overgemaakt naar het kind, dan is er mogelijk erfbelasting over verschuldigd.

Wat betekent dit nu voor de verdeling van de spaarrekening van de kinderen in geval van een scheiding?

Wanneer de spaarrekeningen op naam van het kind zelf staan mogen ouders niet vrijelijk beschikken over dit spaartegoed en moet na de scheiding dit spaartegoed gewoon op naam van het kind blijven staan en dienen ouders dat vermogen gezamenlijk te beheren totdat het kind 18 jaar is geworden.

Staat de spaarrekening op naam van de ouders dan mag het spaartegoed bij scheiding wel verdeeld worden en kan het kind niet achteraf aanspraak maken op het spaartegoed. Ouders zullen dit waarschijnlijk alleen maar als zodanig verdelen indien er sprake is van financiële nood na scheiding. Iedere ouder wil immers graag een spaartegoed opbouwen voor de toekomst van zijn of haar kind.

Heeft u vragen neem dan gerust contact met ons op.

Advocaten