Proceskostenveroordeling bij een gewonnen procedure

11-02-2022
Proceskostenveroordeling bij een gewonnen procedure

In de wet staat dat de partij die in een civiele zaak in het vonnis in het ongelijk wordt gesteld de proceskosten van de tegenpartij dient te vergoeden. Deze regel leidt in de praktijk nogal eens tot frustraties bij ondernemers omdat niet alle kosten vergoed worden.

Tot de proceskosten behoren onder andere de griffierechten welke bij aanvang van de procedure aan de rechtbank betaald moeten worden en de deurwaarderskosten voor het uitbrengen van de dagvaarding. Deze kosten dient de verliezende partij in beginsel volledig te vergoeden. Dit ligt echter anders voor wat betreft de kosten van de ingeschakelde advocaat.

De rechter berekent de hoogte van de advocaatkosten volgens een puntensysteem. Het komt er op neer dat de rechter het aantal proceshandelingen optelt en vervolgens vermenigvuldigt met een tarief dat afhankelijk is van het financiële belang dat met de zaak gemoeid is. De uitkomst ligt in de regel een stuk lager dan de werkelijk gemaakte kosten welke de cliënt door zijn advocaat in rekening gebracht krijgt. Gemiddeld komen aldus ongeveer 25 tot 30% van de werkelijke advocaatkosten voor vergoeding in aanmerking.

De achterliggende gedachte is dat voorkomen moet worden dat er een wildgroei aan claims ontstaat en dat mensen niet naar de rechter durven omdat ze de volledige rechtsbijstand van de tegenpartij niet kunnen betalen. Ook als U een zogenaamde toevoeging heeft (gesubsidieerde rechtsbijstand), moet U de proceskosten zelf betalen.

In slechts enkele uitzonderingsgevallen wijkt de Nederlandse rechter wel eens af en worden de werkelijke advocaatkosten toegewezen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij misbruik van procesrecht of indien men onrechtmatig handelt door een (kansloze) procedure te starten of een bij voorbaat kansloos verweer te voeren.
Er zijn uitzonderingen op het voormelde systeem. Dat is bijvoorbeeld het geval in zaken over zogenaamde intellectuele eigendom zoals merken- en auteursrecht. In dat soort zaken kunnen de reële kosten geclaimd worden.

Indien de rechter partijen deels in het gelijk en deels in het ongelijk stelt worden de proceskosten in de regel gecompenseerd. Dit betekent dat elke partij de eigen kosten moet dragen. Dit is in de regel ook het geval in familiezaken, zoals echtscheidingen.

Naast griffierechten, deurwaarders- en advocatenkosten kan ook nog gedacht worden aan de kosten van getuigen en deskundigen, en aan kosten van uittreksels uit openbare registers. Die moeten in regel helemaal vergoed worden.

In het bestuursrecht is het systeem anders. Als de rechter je in een bestuursrechtelijke zaak in het gelijk stelt en het besluit wordt vernietigd, moet het bestuursorgaan in beginsel alle proceskosten vergoeden. Het Besluit proceskosten bestuursrecht bepaalt welke kosten daarvoor in aanmerking komen. Dat zijn onder meer de kosten van een door een advocaat verleende rechtsbijstand en een door een deskundige uitgebracht verslag of een naar de hoorzitting meegenomen deskundige.

Mr. E.A.M. Claassen

Advocaat